Antwoorden op kamervragen n.a.v. proteststoet

Door de oprichting van de website Recht op voetbal en de proteststoet naar Heerenveen eerder dit jaar is er veel media-aandacht geweest voor het huidige supportersbeleid. Ook de politiek heeft dit opgepakt. Tweede Kamerlid Tjeerd van Dekken stelde Kamervragen aan de betreffende ministers. Inmiddels zijn deze vragen door minister Schipper beantwoord.

V. Heeft u kennisgenomen van het artikel “Platform eist recht op voetbal” (Dagblad van het Noorden, 4 januari 2011)?
A. Ja.

V. Hoe beoordeelt u het besluit van de burgemeester van Heerenveen om over te gaan tot de invoering van een autocombikaart? Op welke wijze draagt het onderweg ophalen van kaarten bij aan het terugdringen van overlast door voetbalsupporters? Op welke wijze wordt voorkomen dat het onderweg ophalen van de kaarten in de praktijk slechts leidt tot het verplaatsen van het probleem?
A. De beslissing om een vervoersregeling op te leggen is een lokale verantwoordelijkheid. De burgemeester van Heerenveen heeft deze beslissing genomen op basis van eerdere gebeurtenissen. In het seizoen 2008/2009 hebben Groningen-supporters zich misdragen en hebben ze een waarschuwing gekregen voor de wedstrijd tussen beide clubs in het seizoen 2009/2010. Dit heeft volgens de burgemeester onvoldoende effect gehad, omdat er in 2009 in het centrum van Heerenveen provocerende acties hebben plaatsgevonden. Daarbij was inzet van de ME nodig die de lange wapenstok heeft moeten gebruiken om supportersgroepen te scheiden om escalatie te voorkomen. Op basis hiervan is een autocombi opgelegd voor de wedstrijd van 30 januari 2011. Daarna heeft nog overleg plaatsgevonden tussen de gemeente, de club en de supportersclub van FC Groningen, maar dit heeft niet tot wijziging van het besluit geleid. Over het verplaatsen van het probleem hebben mij geen signalen bereikt.

V. Klopt het bericht dat stadionverboden op basis van de standaardvoorwaarden van de voetbalbond steeds vaker door de rechter ongeldig worden verklaard? Zo ja, kunt u toelichten om welke aantallen het hier gaat?
A. De KNVB geeft aan dat het bericht waarnaar wordt verwezen van een aantal jaar geleden is. Het is juist dat in die tijd de KNVB heeft moeten constateren dat de reikwijdte van de Standaardvoorwaarden (zijnde algemene voorwaarden in de zin van het Burgerlijk Wetboek) voor juridische beperkingen zorgden die aanleiding gaven te zoeken naar een andere, bredere, grondslag om stadionverboden op te kunnen leggen. De verbreding van de grondslag is uiteindelijk gevonden in het zogeheten “huisrecht” van de betaald voetbalorganisaties. Daarbij hebben alle betaald voetbalorganisaties in Nederland de KNVB een volmacht verleend om personen die zich hebben schuldig gemaakt aan voetbalgerelateerd wangedrag de toegang tot de voetbalstadions van alle Nederlandse betaald voetbalorganisaties te ontzeggen. De huidige praktijk ten aanzien van stadionverboden waarover de rechter een uitspraak heeft gedaan, is volgens de KNVB daardoor inmiddels een andere dan het artikel suggereert. Het is namelijk zo, dat in het seizoen 2009/2010 en het thans lopende seizoen 2010/2011 de KNVB in alle gevallen door de rechter in het gelijk is gesteld met betrekking tot de stadionverboden die op basis van de Standaardvoorwaarden zijn opgelegd. Uit een vertrouwelijk overzicht van de zijde van de KNVB blijkt dat het om zeven gevallen gaat in genoemde periode.

V. Klopt het bericht dat de KNVB-juristen en het ministerie van Justitie en Veiligheid samenwerken aan een nieuwe aanpak, omdat het stadionverbod niet werkt? Zo ja, wordt deze aanpak onderdeel van het actieplan om van voetbal weer een schone sport te maken dat komend voorjaar aan de Kamer wordt verzonden of is hier sprake van een afzonderlijk voorstel waar met de KNVB aan werkt? Kunt u uw antwoord toelichten?
A. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie werkt samen met de vertegenwoordigers uit de landelijke regiegroep voetbal en veiligheid aan een vernieuwd beleidskader, getiteld Voetbal en Veiligheid. In de regiegroep hebben vertegenwoordigers van de gemeenten, politie, KNVB, OM en het Ministerie van Veiligheid en Justitie zitting. In het beleidskader staan doelstellingen hoe voetbal weer tot een feest te maken. Dadergerichte aanpak, vermindering aantal combiregelingen en goed gastheerschap zijn hier een onderdeel van. Het beleidskader wordt dit voorjaar vastgesteld en door de Minister van Veiligheid en Justitie naar de Tweede Kamer gestuurd. Het actieplan waaraan gerefereerd wordt, is in ontwikkeling bij mijn Ministerie en ik ben daarover in overleg met de sportwereld. Het gaat om een actieplan om zowel in de topsport als in de breedtesport uitwassen in de vorm van verbaal en fysiek geweld uit te bannen. Dit plan zal de gehele sport betreffen en dus niet alleen de voetballerij. Ik heb dit actieplan vermeld in mijn brief aan de Kamer van 26 januari 2011, betreffende “Zorg die werkt: de beleidsdoelstellingen van de Minister van Volksgezondheid, welzijn en Sport”.

Antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Van Dekken en A. Marcouch (PvdA) over de strenge regels die gesteld worden aan bezoekers van voetbalwedstrijden (2011Z00466) (pdf)